IJsland is natuurlijk altijd mooi, wanneer je ook gaat. Al zijn er wel verschillen tussen de verschillende seizoenen. Officieel zijn daar maar twee van in IJsland: de winter en de zomer. Er is ook een nationale feestdag Sumardagurinn fyrsti, de eerste dag van de zomer. Deze valt op de donderdag na 18 april. Toch zijn er genoeg redenen om in het voorjaar naar IJsland te gaan, grofweg van midden maart tot eind mei. De meivakantie is echt perfect voor een IJsland reis.

Veel daglicht en nog een staartje noorderlicht

Hoe zit dat nu precies met het licht op IJsland? Vanwege de noordelijke ligging zijn er grote verschillen in daglicht tussen de winter en de zomer. In het voorjaar zit je daar dus tussenin. Midden maart heb je al zo’n twaalf uur daglicht, van ongeveer 07:30 uur ’s morgens tot 19:30 uur ’s avonds. De dagen worden razendsnel langer, want half mei is het al bijna 19 uur licht. Van 04:00 uur in de ochtend tot 23:00 uur in de avond. Je hebt dus alle tijd om op pad te gaan.
Een bonus voor wie in maart gaat, is dat je nog kans hebt om het noorderlicht te spotten. Eén van de voorwaarden om het noorderlicht te kunnen zien, is namelijk dat het donker is. In het vroege voorjaar zijn die donkere avonden er. Je hoopt dan op weinig bewolking en veel zonneactiviteit.

Ontluikende natuur en terugkeer van vogels

Je kunt er de klok niet op gelijk zetten, want natuur blijft natuur, maar vanaf maart smelt de sneeuw weg en komt de natuur tot leven. De begroeiing begint uit te lopen en eind mei zie je alweer veel groen. Voor de IJslanders is de komst van de lóa, de goudplevier, het eerste teken van lente. Deze vogel vertoeft in de winter in West-Europa en Noord-Afrika. Als het voorjaar komt, trekt hij naar het noorden. Tegenwoordig is de eerste observatie al half of eind maart. Voor echte vogelaars zijn de tweede helft van mei en juni het beste. De eerste papegaaiduikers keren laat in april terug naar hun broedplaatsen aan de IJslandse kust. Vanaf half mei zijn ze goed te spotten.

Nog een bijzondere gast in deze maanden is de orka. Op het schiereiland Snaefellsnes kun je een excursie maken vanuit Ólafsvík op zoek naar deze bijzondere zeezoogdieren die hier van half februari tot begin juli regelmatig worden gezien.

Minder drukte op populaire plekken

De zomer is op IJsland het drukst bezochte seizoen en biedt veel mogelijkheden. Zo kun je onder andere het binnenland in. Buiten het hoogseizoen is er nog altijd ongelooflijk veel te zien en te beleven. Een groot voordeel van een IJsland-reis in het voorjaar is dat er minder bezoekers zijn. Bij de echte highlights, zoals bijvoorbeeld het ijsbergenmeer, de Skogafoss waterval en de geisers ben je niet de enige, maar het is toch veel minder druk dan in de zomermaanden. Als je er dan ook nog wat vroeger in de ochtend of later in de middag bent, dan kun je foto’s maken zonder al te veel anderen erop. Maak je een wandeling of ga je naar een zwart strand elders aan de zuidkust dan ervaar je echte rust en stilte.

Meer waar voor je geld

Goedkoop is IJsland niet en zal het ook nooit worden. Dus eens moet je de stap zetten om een bedrag uit te geven om dit fantastische land te bekijken. Het scheelt aanzienlijk als je niet in de periode van juni tot en met september gaat. Alles is voordeliger dan in het hoogseizoen. Er zijn gunstigere prijzen voor de vlucht, autohuur en accommodatie. Dit is te zien in de reissommen die bij een vakantie naar IJsland horen. Steeds meer mensen kiezen daarom voor een ander seizoen.

Deze trend heeft nog een positief effect. Tien jaar geleden waren veel attracties, musea en restaurants gesloten buiten de zomermaanden. Tegenwoordig is alles open en komen er spa’s, musea, cafés en restaurants bij op het hele eiland. Je kunt naar een lavamuseum, badderen in Hvammsvík Hotsprings, een gletsjerwandeling of walvisexcursie maken en – niet onbelangrijk- warm en droog gebruik maken van toiletten bij een mooie waterval.

En het weer dan?

Voor het weer maakt het niet heel veel uit wanneer je naar IJsland gaat. In tegenstelling tot wat je zou denken, liggen de gemiddelde temperaturen tussen hartje winter en hartje zomer dicht bij elkaar. Dit komt omdat IJsland een eiland is en de warme golfstroom een matigende werking heeft op het klimaat. De gemiddelde temperatuur in Reykjavik in januari ligt tussen -1 en 4°C, terwijl dat in juli tussen 9 en 13°C ligt.

Een klein verschil dus. Maar dat zijn de gemiddelden. Kenmerkend voor IJsland is juist dat het weer steeds anders is. De milde Atlantische lucht wordt gemengd met de koude Arctische lucht en dat veroorzaakt plotselinge en frequente weersveranderingen. Het waait ook bijna altijd. Dat betekent dat je, wanneer je ook gaat, altijd rekening moet houden met allerlei weertypen. Sneeuw, regen, wind, zon en soms alles op één dag. Het is dus vooral belangrijk om warme kleding met laagjes, een goede wind- en waterdichte jas en stevige bergschoenen op je paklijst te zetten. Een paraplu kun je thuislaten, want die waait waarschijnlijk weg.